Even voorstellen: schrijver Rick van Leeuwen
Verhalen genoeg bij de Rebellen. En niet alleen uit de oude doos, we maken natuurlijk het hele jaar door van alles mee. Hoe leuk is het dan om als buitenstaander een kijkje achter de schermen te krijgen bij Neerlands meest rebelse voetbalselectie?
Schrijver Rick van Leeuwen gaat een boek over ons maken, met als voorlopige werktitel Op pad met FC de Rebellen. De boekdeal met deze grote uitgever is dit najaar rondgekomen en Rick is ondertussen al begonnen. Want ook al liggen onze activiteiten nu stil, er gebeurt altijd van alles en er is genoeg te vertellen.
Hoog tijd dus voor een kennismaking met deze auteur!
Waarom ben jij de uitverkorene om dit boek te schrijven?
Omdat Tjarda en Patrick me hebben gedwongen! Nee hoor, niet gedwongen, ze hebben het me wel vriendelijk doch dringend verzocht. Ze kennen mij van een eerder project en we hebben contact gehouden.
Je moet er maar zin in hebben, zo’n boek schrijven over dat stelletje ongeregeld.
Wat doe je jezelf aan?
Ben je gek, dit is hartstikke leuk. Ik weet wel een beetje waar ik aan begin en met wie ik te maken heb. En met sommigen kun je nog een fatsoenlijk gesprek voeren ook, dus dat komt helemaal goed.
Waar kunnen mensen jou van kennen?
Ik heb een boek geschreven over Sjaak Polak. Dat boek is nog niet zo lang geleden verschenen (bij uitgeverij Inside), in februari 2020. Tegenwoordig woon ik in een villa op de Bahama’s. Samen met Sjaak.
Zo! Lekker voor je. Maar even serieus… Wie ben je en waar kom je vandaan?
Ik ben een jongeman van bijna veertig – twee dagen ouder dan René van Dieren – en ik woon in het pittoreske Valkenburg, in Zuid-Holland, met mijn vrouw Marjolein en twee Tasmanian devils, Robin (8) en Koen (6). Over twintig jaar weet iedereen wie ze zijn, dan spelen ze in Oranje. Verder leg ik ze geen druk op.
En hoe houd je dat gezin in leven?
Nou, niet met boeken schrijven. Ik schrijf ook teksten voor bedrijven, als freelancer. Dat verdient beter dan schrijven over voetbal, tenzij je Michel van Egmond heet. Maar zo heet ik niet.
Schrijf je verder veel over voetbal?
Naast dat boek over Sjaak heb ik voetbalverhalen geschreven voor Hard Gras en Staantribune. Ook heb ik de tekst bewerkt van het laatste boek over Wesley Sneijder, de geautoriseerde biografie door Kees Jansma. Verkocht net iets beter dan het boek over Sjaak, al heb ik daar zelf niets van gemerkt.
Heb je Wesley Sneijder toen zelf ook gesproken?
Voor dat boek niet, mijn werk speelde zich op de achtergrond af. Toevallig heb ik hem laatst wel ontmoet, op de dag dat teammanager Tjarda hem ronselde als nieuwe Rebel. Het zou zomaar kunnen dat je daar in het boek iets over terugleest.
Hoe ken jij FC De Rebellen eigenlijk?
Via Sjaak Polak. In de periode dat ik hem volgde voor zijn boek, nam hij me mee naar allerlei evenementen van de Rebellen. Dus ik verkeerde al regelmatig in het midden van dit sterrenensemble. Soms word ik nog zwetend wakker. Dat belooft dus wat.
Wat heb je al met de Rebellen meegemaakt?
Een wedstrijdje in Brabant, het EK Gevangeniswezen en een weekend in Lloret de Mar, waar FC de Rebellen deelnam aan een voetbaltoernooi voor gezelligheidsteams. Die evenementen hebben drie hoofdstukken opgeleverd voor het boek over Sjaak. Bij dat toernooi in Lloret deden teams mee die zichzelf FC Voorvocht en Lazio Coma noemden. Dat blijft toch hangen.
Verder heb ik de afgelopen tijd, voor jullie boek, alweer van alles meegemaakt, waaronder dat bezoek aan Wesley Sneijder, op sportpark Wesley Sneijder. Het viel mij op dat Wesley bij aankomst meteen het hoofdveld opliep om een plastic bierbekertje op te rapen. Niet om te checken of er nog iets in zat, maar om het weg te gooien. Een aandoenlijk beeld.
Wat is het gekste dat je tot nu hebt meegemaakt?
Dat Romano Denneboom mij om een handtekening vroeg. Dat was op de avond van de boekpresentatie. Hij was helemaal vanuit zijn woonplaats Middelburg naar Voorschoten (bij Leiden) gekomen om erbij te zijn. Bijzonder sympathiek. En dan vraagt deze oud-international (één interland, maar toch), die ik tot die avond nog nooit had ontmoet, míj́ dus om een handtekening. De omgekeerde wereld. Dat moment neemt niemand mij meer af.
Wat mogen we van dit boek over de Rebellen verwachten?
Daar kan ik natuurlijk nog niet te veel over zeggen, maar het idee is een lekker, makkelijk verteerbaar boek voor de voetballiefhebber. Een combinatie van reportages, portretten en anekdotes. Een boek dat je ook op de plee kunt lezen, dus het zal zeer geschikt zijn voor mensen als Patrick Pothuizen en Ricky van den Bergh.
Wat verwacht je er zelf van?
Ik denk niet dat ik met dit boek een grote literaire prijs ga winnen. Maar dat hoeft natuurlijk ook niet, als we er maar schathemeltje rijk van worden. Verder verwacht ik vooral dat het een leuke, onvergetelijke tijd gaat worden en hoop ik dat het plezier dat ik zelf aan het proces beleef uiteindelijk van de pagina’s afspat. Ten slotte ben ik benieuwd of er een moment komt dat Andy van der Meijde mij eindelijk herkent. We hebben elkaar nu een keer of drie, vier ontmoet en telkens moet ik me opnieuw aan hem voorstellen. De volgende keer zeg ik gewoon dat ik Arne Slot ben, of Pascal van Bløf.
Ben je zelf eigenlijk een beetje rebels?
Ik ben op mijn dertiende uit huis geschopt, was toen al gestopt met school, werkte parttime als vuurwerktester bij Theo Lucius, de rest van de tijd als spelersmakelaar, ik voetbalde standaard met een sjekkie in mijn mond, rookte gewoon door tijdens de rust, terwijl de trainer sprak, en ik ben de vader van zes buitenechtelijke kinderen bij acht verschillende vrouwen. Maar verder valt het mee.